De Verklaring van Niet-beslagbaarheid voor de Woning-Hoofdverblijfplaats van Zelfstandigen
Karine De Hondt • 13 juli 2023
Je woning beschermen tegen inbeslagname.

Een van de nadelen van zelfstandig ondernemerschap is de aansprakelijkheid die gepaard gaat met de beroepsactiviteit. Gelukkig bestaat er een mogelijkheid om uzelf hiertegen te beschermen. Er is een specifieke regeling die ervoor zorgt dat zelfstandige ondernemers hun woning-hoofdverblijfplaats kunnen veiligstellen tegen beslag door schuldeisers. In dit artikel zullen we de details van deze beschermingsregeling bespreken, inclusief wie ervan kan profiteren, hoe men deze bescherming kan verkrijgen en tegen welke schuldeisers men deze status kan inroepen.
Wie kan profiteren van deze regeling?
Deze regeling staat open voor alle natuurlijke personen die zelfstandige ondernemers zijn in België. Dit omvat handelaars, ambachtslieden, titularissen van vrije beroepen, bestuurders, zaakvoerders, zelfstandigen in bijberoep en gepensioneerde zelfstandigen die na hun pensioen nog beroepsactiviteiten uitoefenen.
Hoe verkrijgt een zelfstandige deze bescherming?
Om aanspraak te maken op deze bescherming, moet de zelfstandige een notariële akte laten opmaken waarin een verklaring van onbeslagbaarheid wordt afgelegd. In deze akte zal de notaris een gedetailleerde beschrijving van de woning-hoofdverblijfplaats opnemen. Als de zelfstandige gehuwd is, moet ook de echtgenoot of echtgenote bij de akte betrokken worden.
Gemengd gebruik van de woning: Hoe zit het dan?
In geval van gemengd gebruik van de woning, waarbij een deel privé en een deel professioneel wordt gebruikt, moet er een duidelijke vermelding zijn van de privéruimte en het beroepsgedeelte in de akte. Er moet een onderscheid worden gemaakt op basis van de verhouding tussen de oppervlakte van het beroepsgedeelte en de totale oppervlakte van de woning:
Als het beroepsgedeelte minder dan 30% van de oppervlakte beslaat, is de gehele woning onbeslagbaar.
Als het beroepsgedeelte 30% of meer van de oppervlakte beslaat, kan alleen het privégedeelte van de woning onbeslagbaar worden verklaard. Het beroepsgedeelte blijft wel vatbaar voor beslag. In dit geval moet de notaris statuten van mede-eigendom opstellen waarin deze splitsing juridisch wordt vastgelegd. Indien de oppervlakte niet duidelijk is, kan een landmeter-expert worden ingeschakeld om dit nauwkeurig te bepalen.
Tegen welke schuldeisers kan de zelfstandige deze bescherming inroepen?
Deze bescherming is alleen van toepassing op schuldvorderingen die voortvloeien uit de beroepsactiviteit van de zelfstandige en die zijn ontstaan na de datum van de verklaring. Het geldt niet voor gewone aansprakelijkheidsschulden en is niet van toepassing op schulden van gemengde aard (privé en beroeps). Bovendien kan de verklaring nooit worden ingeroepen voor schulden die voortvloeien uit een misdrijf, zelfs als deze verband houden met de beroepsactiviteit.
Conclusie
De regeling voor de Verklaring van Niet-beslagbaarheid biedt zelfstandige ondernemers een belangrijke bescherming voor hun woning-hoofdverblijfplaats. Door deze verklaring af te leggen, kunnen zij hun woning veiligstellen tegen beslaglegging door schuldeisers. Het is van vitaal belang voor zelfstandige ondernemers om zich bewust te zijn van deze regeling en de nodige stappen te ondernemen om hun woning te beschermen. Raadpleeg een notaris om de vereiste notariële akte op te stellen en uw woning te vrijwaren. Met deze bescherming kunt u met gemoedsrust blijven ondernemen en uw woning veiligstellen als uw belangrijkste bezit.
Vraag om meer uitleg bij uw notaris. Adressen kan u vinden op www.notaris.be
Vraag om meer uitleg bij uw notaris. Adressen kan u vinden op www.notaris.be

Een onderneming met een jaarlijkse omzet die de € 25.000,- niet overschrijdt, is een kleine onderneming. Zo’n onderneming kan desgewenst ‘genieten’ van een btw-vrijstelling. Waarom schrijf ik ‘genieten’? Omdat die regeling een aantal kostenbesparende voordelen heeft, zoals geen periodieke btw-aangiften indienen. Je onderneming moet dan geen btw aanrekenen aan klanten, maar mag omgekeerd natuurlijk ook geen btw voor aankopen aftrekken. Tot eind 2024 kon je de overstap naar deze vrijstelling enkel op 1 januari en 1 juli aanvragen. Sinds 2025 hoef je niet meer te beslissen aan het begin van het jaar of een half jaar wachten om te kunnen overstappen. Voortaan kan je dat in ieder kwartaal van het jaar volgend op het kalenderjaar waarin de omzet van € 25.000,- niet overschreden werd. De kennisgeving van de overstap moet wel uiterlijk een halve maand voor het nieuwe kwartaal (dus op 15 maart, 15 juni, 15 september of 15 december) gedaan worden. Je doet de kennisgeving via MyMinfin, toespassing e604. #boekhouding #kleineonderneming #btw #btwvrijstelling #accountant #MyMinfin #FinaSense

Stroom is niet goedkoop, dat is geen nieuws, dus een tegemoetkoming van de werkgever is altijd welkom. Alleen bleek dat voor de fiscus een ingewikkeld verhaal. Vroeger moest een werkgever de reële laadkosten aantonen, wat natuurlijk vaak voor hoofdpijn zorgde. Vanaf 1 april 2025 wordt het beduidend eenvoudiger en mag je werkgever in Vlaanderen tot 31,94 eurocent per kWh vergoeden. In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 35,84 en in Wallonië 36,17. (De fiscus spreekt van een addendum om op een simpele manier telkens weer aanpassingen te kunnen maken, maar daar is voorlopig nog geen spoor van te vinden.) Sommige bedrijven hanteren een eigen systeem of hebben zelf een bedrag bepaald, het is echter wel belangrijk om niet hoger te gaan dan het bovengenoemde bedrag om geen problemen te krijgen met de FOD Financiën of de RSZ. Is dat wel het geval, dan riskeer je een herkwalificatie als loon en moeten daar belastingen en sociale bijdragen op betaald worden.

Je gaat er weliswaar niet rijk van worden en ik vrees dat je werknemer voor het forfait van de nachtvergoeding onder een brug moet slapen, maar goed, ik maak de regels niet, ik deel ze alleen mee. Dus: don't shoot the messenger! Als je wel eens een klant bezoekt, een opleiding buitenshuis volgt, … kortom, als je wel eens een dienstverplaatsing maakt, dan kan je vennootschap je daarvoor een vergoeding uitkeren. Een dagvergoeding kan uitgekeerd worden als je minstens zes uren weggeweest bent. Het totaal dus van de verplaatsingstijd, middagpauze en de tijd bij je klant. De vergoeding dient in principe om je kosten voor een middagmaal te dekken, sinds 1/03/2025 maximaal € 21,22 per dag . De vergoeding is dan volledig aftrekbaar voor de vennootschap en je wordt er niet op belast. Je moet ze wel vermelden op de fiscale fiche 281.20 (rubriek 20). Ben je beroepsmatig bijna dagelijks op de baan, dan kan je maximaal 16 keer per maand zo’n vergoeding krijgen. Dat is dus € 339,52 per maand . Bij een maandforfait hoef je wel niet meer aan te tonen dat je verplaatsingen langer dan zes uren duren. Moet je wel eens overnachten ? Als dat binnen België is, kan je vennootschap ofwel de hotelfactuur overnemen, ofwel eveneens een forfaitaire vergoeding van maximaal € 159,17 uitbetalen. Ook je medewerker kan zo’n vergoedingen krijgen, maar de RSZ gaat niet akkoord met de forfaits van de fiscus. Hier gelden dus andere tarieven: dagvergoeding € 17,00 en nachtvergoeding € 35,00 (voor avondmaal, logies en ontbijt). Voor je medewerker neem je dus beter de hotelfactuur over dan hem een nachtvergoeding uit te keren. Vermeld de vergoedingen op fiscale fiche 281.10 (rubriek 27a). Ben je in een kalenderjaar 40 dagen of meer op een specifieke plaats (een klant bv.), dan is dat voor de fiscus een vaste plaats van tewerkstelling. Hier kan je dan geen dagvergoeding voor uitkeren. Je combineert een dagvergoeding ook best niet met een maaltijdcheque, want dat moet verrekend worden met het werkgeversaandeel van de maaltijdcheque. Andere kosten zoals een taxi of een parkeerticketje mogen apart terugbetaald worden. #updatedagvergoeding #dagvergoeding #updatenachtvergoeding #nachtvergoeding #boekhouding #belgie